Aan weerszijden van het eindeloos lange verharde pad klotst het grijzige water tegen de oevers. Twee zwanen deinen op en neer. In hoog tempo draaien de wieken van de molens wild met de sterke stroming van de wind mee. Wasgoed wappert aan een waslijn.
Handschoenen waren geen overbodige luxe geweest. Het is hier om te sterven. Zo te zien zijn we dan ook de enige wandelaars op deze gure, grauwe dag. Hoewel we dicht naast elkaar lopen, zwijgen we alle drie. Af en toe schreeuwen we elkaar toe hoe koud het is. Praten heeft geen zin hier: onze stemmen verwaaien meteen tot onverstaanbare klanken.
Ondanks het barre weer bereiken we uiteindelijk het punt waar we het uitzicht hebben op bijna alle wereldberoemde windmolens van Kinderdijk in één blik. Dit is al ons gezwoeg tegen de straffe wind in wel waard geweest.
Nu weer dat hele eind terug.