Ze waren al tien jaar geabonneerd op de Donald Duck. Dus toen moeder een drieling baarde, kregen ze de namen Kwik, Kwek en Kwak.
Kwik was de evenwichtigste. Als hij ergens geen totaalbeeld van had, dan kon hij goed relativeren.
Kwek was iets rustelozer. Als hij iets niet helemaal begreep, dan voelde hij toch de drang zich een mening te vormen, op basis van zijn eigen kennis en levenservaring.
Kwak was ronduit grillig en kwaadaardig van aard. Hij ging nog een stap verder. Als hij iets niet kon vatten, en onvoldoende kennis van zaken had, dan vormde hij zich toch een uitgesproken mening, door zelf de ontbrekende informatie in te vullen. Zijn wereld moest altijd kloppend zijn, hoe dan ook.
Het zal u dan ook niet verbazen dat Kwik filosoof werd, Kwek kunstenaar en Kwak politicus.
En hun ouders, die bleven de Donald Duck lezen, tot de laatste snik.