brief


Uitdaging
UBR-0026


Beste Jacques Brel

In 1966 zong je voor het eerst over ‘Fernand’. Postuum bied ik je hier een Nederlandse versie of moet ik Vlaamse zeggen want ‘malgé tout, tu aimais la Flandre’:

Weet je, Fernand is dood

Zeggen dat hij dood is, Fernand

Weet je dat ik verdomd alleen ben hier achteraan

Maar dat ook hij alleen is daar vooraan

Hij ligt daar maar wat, vol van zijn laatste glas bier

Ik loop hier, leeg in de nevel

Hij ligt te liggen in de kar van dode pier

Ik loop hier door niets of niemand omgeven

Vooraan stapt het witte paardenlijf

Achteraan stapt mijn schreiende mensenlijf

Zelfs de wind vertikt het een moer te verroeren

Of een bloem van mijn krans te beroeren

O, mocht ik nu die Goede God wezen

Ik zou mij niet goed voelen en mij verschuilen

Ja, God nog aan toe, laat het nu ook nog gaan druilen

Nu een vriend verdwijnt in die donkere kuilen

Zie ons hier in de prille morgen

Lopen door deze doodse stad

Ja, dit was onze vrolijke stad

Ach, maf jij maar wat, trek het je niet aan

Hoe droef is het te moeten gaan

Als jouw eigenste stede slaapt

In plaats van te waken

Kon ik ze maar wakker maken

Je even een grote familie vergaren

Even, de duur om je uit te varen

God, was ik de Goede God,

Ik zou niet fier zijn op mezelf

Natuurlijk doet ieder wat hij kan, God

Maar het is de manier waarop

Weet je mijn vriend, ik kom terug

Dikwijls kom ik op bezoek

Op deze rotte plek waar jij rusten moet

s’ Zomers geef ik jou mijn schaduw

Samen zullen wij dan klinken

Op het welzijn van de vriendinnen drinken

Die jou al lang vergeten zijn

De mensheid zal van domheid nooit genoeg krijgen

Spoedig zal wel een nieuwe oorlog dreigen

Dan kom en blijf ik voor altijd

Ik kruip dan bij jou in jouw kuil

Schater, God, o Goede God

Lach, ja, nu volgt er pas jolijt

Lach, jij maar, nu ik verdomme huil

over deze inzending

Titel: Beste Jacques Brel
Auteur: Gi
Aantal woorden: 341
Gepubliceerd op: 16 aug 2020