Paul week na onze studies uit naar Canada.
Zoon Harry verrast hem rond Nieuwjaar op een verjaardagsfeest met vroegere studievrienden. Hij ontdekte hun gegevens in het adresboekje van zijn pa, die ik al jaren niet meer zag.
In zijn nopjes, praat Paul honderduit . “Je merkt dat hij Rechten studeerde,” schertst Harry.
“Tabernacle”, repliceert Paul in Canadian French.
“Pa, je praat al heel de tijd Québécois ”, constateert Harry.
Paul kijkt mij aan: “Heb jij mij verstaan?”
Al zijn mij woorden ontgaan, antwoord ik: “Haast alles en wat ik niet verstond heb ik begrepen.”
Paul lacht naar Harry: “Tu vois, mon fils, c’est ça la vraie amitié. Wij hebben mekaar zolang niet ontmoet, maar vanaf het eerste woord dat wij vandaag wisselden leek het of wij het gesprek van jaren geleden weer opnamen.”
Harry sluit zijn pa en mij in de armen en glimlacht: “Bonne année, blood brothers.”